Tag Archives: Andrew Jennings

Sportjournalisten zitten het liefst in het stadion, toch?

15 nov

Sportjournalisten waren drie weken geleden op het congres Play the Game in Aarhus dun gezaaid. Althans de journalisten die een werkgever (krant, week- of maandblad, radio en televisie) vertegenwoordigen. Juist op de plek waar vier dagen en avonden lang de sportwereld met al zijn intriges, corruptie en vals spelende bestuurders en beoefenaren onder de loep werd genomen door onderzoekers, wetenschappers en onafhankelijke onderzoeksjournalisten zou je naar diepere achtergronden zoekende sportschrijvers verwachten.

In het Deense congrescentrum heerste niet de sfeer van een stadion vol duizenden hartstochtelijke supporters. Er was geen finish, er was geen scorebord en er waren geen spelers en trainers die zwetend en hijgend hun emoties de vrije loop lieten. Zou dat de reden van hun afwezigheid zijn geweest?

Er werd gediscussieerd en er werden inzichten uitgewisseld over de dreigende ondergang en de verdwazing van sport. Hoe overkoepelende organisaties, zoals de mondiale voetbalfederatie FIFA maar ook andere sportbonden, worden geleid door mensen die de grenzen van ethiek hebben overschreden. Hoe wedstrijden en toernooien via spelers, scheidsrechters en bestuurders worden gemanipuleerd door gokbedrijven. Hoe doping en geld de afspraken over sportiviteit negatief beïnvloeden.

Maar ook was er aandacht voor het niveau van sportjournalistiek in de wereld. Er werd gediscussieerd over de houdbaarheid van sportjournalistiek. Juist, nu het imago van grote sportfederaties als FIFA, UEFA, IOC, IAAF, maar ook van kleinere federaties zienderogen afbladdert (met juridische processen tot gevolg), zouden de krachten van de sportjournalistengemeenschap gebundeld moeten worden om een en ander tot klaarheid te brengen, zo niet op te lossen. Er was weinig belangstelling. De sportjournalisten zitten kennelijk liever op de perstribune van een of andere arena elders in de wereld en houden de score bij. Terwijl intussen de liefhebber aan de televisie zit en hetzelfde ziet en kan beoordelen.

Journalistenforum: vlnr onafhankelijk journalist Jens Weinreich (Duitsland), journalist Umaid Wasim (Pakistaans dagblad Dawn), onafhankelijk journalist Laura Robinson en Lars Werge (voorzitter Deense sportjournalistenbond). Foto: Thomas Søndergaard

Het journalistenforum op Play the Game: vlnr onafhankelijk journalist Jens Weinreich (Duitsland), journalist Umaid Wasim (Pakistaanse dagblad Dawn), onafhankelijk journalist Laura Robinson en Lars Werge (voorzitter Deense sportjournalistenbond). Foto: Thomas Søndergaard

De grote meerderheid van de sportjournalisten in Aarhus was zelfstandig en onafhankelijk, niet afhankelijk van wat hun hoofdredactie wil. Journalisten die op eigen initiatief en eigen kosten onderzoek doen. Bekende fenomenen zijn de Duitser Jens Weinreich en de Brit Andrew Jennings. Beiden zijn, vooral door hun onafhankelijke status, hoofdverantwoordelijk voor het blootleggen van de corruptiepraktijken binnen IOC en FIFA. Verder zijn de Canadese journalisten Declan Hill (matchfixing), Laura Robinson (seksuele intimidatie en machtswellust van bestuurders) en de Duitser Hajo Seppelt (doping in Russische atletiek) journalisten die geheel op eigen initiatief en vaak op eigen kosten de misstanden in de sportwereld aantonen en zich kwetsbaar opstellen. En zo zijn er (gelukkig) meer.

Ze krijgen in hun drang naar onderzoek en onthulling steeds meer navolging, vooral in Duitsland, Engeland, Noord- en Zuid-Amerika en de Scandinavische landen. En langzaam ook in Nederland. Ook bij de traditionele media. Bij sommige media dringt het besef door dat er meer aandacht gevraagd wordt voor de achtergronden van de sport, met name de negatieve achtergronden. Niet alleen het scorebord, maar ook wat zich achter het scorebord afspeelt – welke invloeden spelen een doorslaggevende rol.

Foto: Thomas Søndergaard/Play the Game.

Foto: Thomas Søndergaard/Play the Game.

Henrik Brandt is tegenwoordig directielid van Play the Game. Hij was eens sportverslaggever van Jyllands Posten, een Deense krant. Tien jaar geleden gaf hij op Play the Game een lezing over wat de redactie van zijn krant over sport zou schrijven. Niet alleen ‘scorebordjournalistiek’, niet alleen wedstrijdverslagen over voetbal en handbal. Juist meer achtergrond, meer over waarom sport er toe doet, waarom mensen naar voetbal kijken, wat bestuurders doen en waarom, over breedtesport. Waarom doen mensen aan sport? ,,Zodat ook de vrouw van de voetballiefhebber in sport geïnteresseerd raakt”, vermoedde Brandt. ,,Ik kreeg een paar redacteuren mee, de rest wilde alleen naar het stadion voor de wedstrijd. Het project is mislukt. De hoofdredactie die aanvankelijk wel iets in ons plan zag, koos toch voor de wedstrijdverslagen en interviews met sporters. Nu sla ik de sportpagina’s over. Ik ben blij dat ik er geen deel meer van uitmaak. Daarom ben ik nu bij Play the Game. Kranten gaan voor populisme en commercie. Ik sta nog steeds achter mijn plan, om meer over achtergronden te schrijven. Vandaar dit congres. Maar het is een zware strijd.”

Laura Robinson, onafhankelijk sportjournalist en oud-wielrenster, deed jarenlang onderzoek naar de praktijken van de organisator van de Winterspelen van Vancouver (2010), John Furlong. Hij mishandelde als leraar kinderen van Indiaanse (First Nations) afkomst, hij loog over zijn verleden als sporter. Ze publiceerde verhalen in Canadese kranten, maar Furlong vocht terug. Robinson had geen geld om het proces tegen haar te winnen. Twee jaar geleden werd ze vlak voor haar presentatie op Play the Game geïntimideerd door een brief van Furlongs juristen. Play the Game liet Robinson toch haar lezing geven. Ze kreeg steun van de Deense organisatie, zoals iedere journalist die met soortgelijke onderzoekjournalistiek komt. Jens Sejer Andersen, de directeur, geeft onderzoeksjournalistiek de ruimte.

Robinson gaat door, met beperkte middelen. ,,Sport gaat niet alleen over de mensen op het podium, maar juist over de mensen die niet op het podium staan. Niet het verhaal op persconferenties, voor of na een wedstrijd. Maar het verhaal daar achter”, aldus de oud-wielrenster. Ze kreeg tijdens de discussie bijval van een Engelse journalist: ,,Sportjournalisten werken vanuit het idee dat ze onderdeel zijn van de sport, het team en de spelers. Ze vergeten dat ze buitenstaander moeten zijn en gewoon van afstand verslag moeten doen.”

En zo schoven de meningen over de ware vorm van sportjournalistiek langs elkaar. Fascinerend om te horen hoe verslaggeving over sport zich ontwikkelt. Een Deense sportjournalist meende: “Sportjournalisten kunnen niet schrijven. Ze schrijven voor mensen die niet kunnen lezen.” Die arrogantie gaat mogelijk te ver.

Het geeft wel aan hoe de sportjournalistiek in een spagaat is beland. Hoe sport te benaderen? Hoe erover te schrijven? Is er wel beleid in zake sportjournalistiek? Hebben hoofdredacties wel door dat er meer is dan scorebordjournalistiek, beïnvloed door commercie? Tijden veranderen. Sport is meer dan de belangrijkste zaak van het leven geworden. Hoe je het ook wendt of keert. Op het Deense congres lagen de verklaringen om over na te denken. De journalistiek kan veel onthullen, meent Laura Robinson, maar het merendeel is of niet geïnteresseerd of krijgt niet de gelegenheid (en het geld) van de hoofdredactie om zijn werk te doen. ,,Nu doen wij, onafhankelijke journalisten het werk. Wij hebben de tijd, maar wij hebben geen geld. Dat is onze strijd. Vaak ondankbaar, veel tegenwerking en vijandigheid. Maar wel een strijd die wat oplevert, getuige de onthullingen van de laatste tijd rond doping, match fixing en de FIFA. Dat is allemaal begonnen bij de journalistiek.”

De vraag: waar ligt de grens tussen amusementsjournalistiek en onderzoeksjournalistiek? Recensies of achtergronden. Wat willen de lezers? In Aarhus werd die vraag gesteld. Een congres over de waarde van sportjournalistiek als inspiratiebron. Play the Game gaat door, elke twee jaar. Niet alleen in Denemarken, maar hopelijk ook in andere landen waar sport en dus sportjournalistiek wordt bedreven. Als de sportjournalisten niet naar Play the Game komt, dan komt Play the Game wel naar de sportjournalisten.

Dit aan de datum aangepaste artikel werd eerder gepubliceerd op de website http://www.sportenstrategie.nl

Een zichzelf in de staart bijtend monster

2 jun

Voetbal is religie, zo is vaak geopperd zodra het belang van deze sport om duiding vroeg. Aanbidding van een fenomeen die ons afleidt van het sobere, zware, deprimerende leven. Het stadion als kerk of tempel, waar je je kunt openstellen voor wonderen, gebracht door mannen met uitzonderlijke talenten. Overwinningen worden er opgeslurpt als toverdranken, nederlagen beleefd als bijna-doodervaringen. Maar wat als de scheidsrechter een omstreden beslissing neemt? Wat als de hogepriester niet heilig blijkt, maar zich als een echt mens heeft laten verleiden door macht, geld en andere luxe in de hoop eeuwige glorie te bereiken? Dan stort de wereld in.

Sport wordt door mensen beoefend, voetbal dus ook. Gelukkig maar. Nog geen robots of computergestuurde mannen die precies doen wat de liefhebber wil. Al groeit de behoefte aan volledige (elektronische) beheersing, niet alleen bij trainers maar vooral ook bij mensen die erin investeren. Intussen wordt ook van sport verwacht dat ze schoon is, onschuldiger dan de wereld daarbuiten. Geen smeerlapperij, geen omkoping en doping. Zuiver, sportief, eerlijk. Het moet toch ergens in de wereld vredig toeven zijn.

Zuiver, eerlijk en vredelievend is de sport al sinds haar eerste beleving niet meer. Maar kunnen we op dan op zijn minst verwachten dat de leiders het goede voorbeeld geven? Dat zijn de Blatters, de Havelange’s, de Samaranche’s, de Bachs, de Verbruggens, de Acosta’s, de Cooksons en de Platini’s (om enkele [voormalige] machthebbers te noemen). Jazeker, altijd zullen er mensen opstaan die gezonde sport beloven, en: meer sport, meer wedstrijden, meer bekers, meer titels, meer kampioenschappen, nog meer vermaak. Brood en nog meer spelen.

Vlnr IOC-voorzitter Thomas Bach, de Russische president Vladimir Poetin en FIFA-voorzitter Sepp Blatter

Vlnr IOC-voorzitter Thomas Bach, de Russische president Vladimir Poetin en FIFA-voorzitter Sepp Blatter

Maar dat kost geld. En wie wil of kan dat betalen? Wij, die behoefte hebben aan grenzeloos vermaak? Mensen en bedrijven die rijk zijn? Liefst wel, ja. Daar begint het al: wij geven onze behoefte aan vermaak uit handen. Zonder geld geen vermaak, geen sport, geen stadions, geen wedstrijden, geen kampioenschappen. Toch?

En daar zit hij dan als mens die zich heeft voorgenomen zichzelf te belonen, de wereld te verbeteren, de mensheid te geven waar ze behoefte aan heeft – en daarom macht wil. En geld. Een voordat hij het beseft, voelt hij dat macht corrumpeert. Hij kan het niet alleen, hij heeft medestanders nodig en mensen die bereid zijn in zijn project te investeren. En daarvoor dus iets terugverlangen. Meer dan hij verwachtte, meer dan hij kan waarmaken. Hij wordt een draaikont, hij weet niet meer wat goed is en wat slecht – nou, dan maar slecht. Hij zit vast, hij komt niet meer los. Tenzij hij eruit durft te stappen. Maar dan is hij weer een lafaard, of wel een man die zijn beloften niet waarmaakt. Wat hij ook doet, hoe hij ook wendt of keert, hij is een slecht mens. Altijd al geweest…

Het is een poging om mezelf te verlossen van de duizelingen in mijn hoofd als gevolg van de ontwikkelingen rond de verkiezingscampagne van FIFA-voorzitter Sepp Blatter en de arrestaties van een aantal bestuursleden en betrokkenen. Hoe kan het toch gebeuren dat deze Blatter er nog steeds zit? Terwijl toch (bijna) iedereen weet dat deze 79-jarige Zwitser op slinkse (mogelijk corrumperende) wijze de organisatie bestuurt en zichzelf op de borst blijft kloppen: kijk eens wat ik de mensheid en de voetballiefhebber heb geschonken. En dat is inderdaad veel. Veel te veel. Het is uit de hand gelopen. Voetbal laat zich niet meer beheersen.

Tekenend voor de overdrijving van voetbal, is de verklaring van Michael van Praag, een man die ook graag gezonde sport belooft en zich mede daarom als tegenkandidaat van Blatter opwierp. Eerst trok hij zich terug om in te stemmen met de ogenschijnlijk sterkere kandidatuur van de Jordaanse prins Ali Bin-al Hussein. De lobby leek succesvol te zijn verlopen, totdat bij de stemming bleek dat enkele (belangrijke) landen hun voorkeur hadden bijgesteld. Vervolgens noemde Van Praag in zijn ijdelheid het  – nogal naïef – ‘een schandelijke vertoning’. We moeten vrezen dat ook Van Praag niet begrijpt hoe dit kan gebeuren. Maar mogelijk vermoedt hij wel een en ander, maar acht hij het niet verstandig in zijn functie als voorzitter van de Nederlandse voetbalbond anderen met de vinger te wijzen. Het is beter een pas op de plaats te maken, voordat hij, zijn bond en zijn land de rekening gepresenteerd krijgen. Gaat de angst regeren?

Wie ook voorzitter is van de FIFA, hij zal zich moeten plooien naar de eisen van de investeerders. Er lijkt geen weg terug. De hoofdsponsors en steeds meer de Arabische, Aziatische en Russische miljonairs zijn gebaat bij mee denkende (liever: mee buigende) leiders. Voetbal wordt verkocht aan de hoogste bieders. Steeds meer clubs draaien op geld van dwingende investeerders. Televisiezenders willen steeds hogere kijkcijfers. De liefhebbers willen steeds meer voetbal, wedstrijden en titeltoernooien. Nog meer voetbal, nog meer voetbal in de media (kranten en tv), nog meer praatprogramma’s, nog meer voetbaldocumentaires, nog meer voetbalblaadjes en -boeken, nog meer voetbalspelletjes en -quizjes. En liefst nog meer Messi’s. Alles om het saaie leven te verzachten. Spelers en trainers kunnen steeds meer geld verdienen, handenvol geld. En ze slaan dat nooit af – het komt gewoon niet eens in hun van voetbal bezeten hoofd op. Over grenzeloze, ziekelijke begeerte gesproken.

Wie is er hier eigenlijk ziek?

Jarenlang onderzoek van vooral de journalisten de Britten Andrew Jennings en David Yallop (die al in 1999 het boek Who stole the game/De voetbalmaffia [over de FIFA, Nike en Brazilië] schreef) en de Duitsers Jens Weinreich en Thomas Kistner naar de handel en wandel van de FIFA heeft aangetoond hoe Blatter en co machtswellust exploiteerde en investeerders en sponsors tegemoet kwam. Lees hun talrijke boeken, artikelen en websites. Uiteindelijk vond Jennings steun bij onder meer de FBI, omdat hij zelf niet over justitiële middelen beschikt.

De Amerikanen zijn al jaren met succes bezig sporten te zuiveren. Na de zuivering van het IOC, als gevolg van corruptie bij de toewijzing van Salt Lake City als olympische locatie, volgde de aanpak van het illegale drugsgebruik in de nationale sport honkbal. De FBI zette vervolgens Lance Armstrong (en de hele professionele wielersport) met succes in de beklaagdenbank. Een andere Amerikaanse sport, American Football, werd als gevolg van te grote commerciële invloed (op onder meer speellocaties en scheidsrechters) onder het vergrootglas gelegd. Nu is de belangrijkste sport ter wereld aan de beurt, zeker omdat hoge Amerikaanse bestuurders en investeerders een innige financiële relatie blijken te hebben met de FIFA.

De vraag is of de FBI voldoende macht heeft om van voetbal in al zijn geledingen een gezonde sport te maken. Arrestatie (bestraffing en uitsluiting) van mensen die de sport verkwanselen is niet toereikend. Misschien moeten we het vermaak maar buiten de stadions proberen te zoeken – hoe spannend en aantrekkelijk voetbal ook kan zijn. Daarmee zou je best eens de Blatters kunnen verjagen.

Maar welk vermaak zou dat kunnen zijn? Wat kan de almacht van het voetbal evenaren, laat staan overtreffen?

Deze column is gepubliceerd op 1 juni 2015 op de website http://www.sportenstrategie.nl/

%d bloggers liken dit: