Tag Archives: Vancouver

Kroetovs heimwee naar Tichonovs strakke hand

24 nov

tichonov
De voormalige ijshockeytrainer Viktor Vasilevitsj Tichonov is op 84-jarige leeftijd overleden. Jarenlang was ik, als ijshockeyverslaggever, tussen 1978 en 1992 gefascineerd door zijn verschijning als strenge, ogenschijnlijk emotieloze coach die zowel aan de boarding van de ijsvloer als op persconferenties en trainingen van de Sovjet-ijshockeyers zijn missie toonde: winnen. Ten koste van alles – en dus ook van mensen. Streng, gedisciplineerd en meedogenloos leidde hij zijn spelers naar het meest verfijnde ijshockey.

De keiharde Tichonov werd aangesteld als opvolger van de vaderlijke Anatoli Tarasov, die het Sovjet-ijshockey uitvond, met invloeden van ballet, acrobatiek, schaken en psychologie. Waar Tarasov zijn spelers streelde, gebruikte Tichonov zijn handen als vuisten – als het moest.

Vanaf de hoge, steile tribune van het Saddledome in Calgary (Winterspelen 1988) zag ik elke wedstrijd bewonderend de ingestudeerde patronen van het Sovjet-team onder leiding van Tichonov. Hij won acht wereldtitels en drie olympische titels. In 1980 wankelde zijn positie door een nederlaag in de olympische finale in Lake Placid tegen de ploeg van de Amerikanen (studenten).

Zware onderschatting versus rising to the occasion, bij het lachwekkende af, vertelde ‘Slava’ Fetisov twintig jaar later in de New York Times. En zeker een fout van Tichonov, die de legendarische doelman Vladislav Tretjak na een blunder in de laatste seconde van de eerste periode door Vladimir Misjkin verving. Aldus Fetisov, erkend vijand van Tichonov. Een magistrale, behendig schaatsende en stickvaardiger ijshockeyer als Fetisov heb ik niet gezien. Geniaal bloed. Hij geldt als de beste verdediger (misschien wel ijshockeyer) aller tijden.

Tichonov rechtte na het echec Lake Placid zijn rug en eiste nog meer discipline van zijn spelers. Toch moest hij nog een zware nederlaag slikken. Op het WK van 1985 in Praag verloor zijn ploeg de politiek beladen wedstrijd tegen Tsjecho-Slowakije en vervolgens nog eens tegen Canada. De Sovjet-Unie eindigde slechts als derde.

Viktor Tichonov tijdens een reünie van het Sovjet-All-Star-team op het Rode Plein in Moskou

Viktor Tichonov in 2006 tijdens een reünie van het Sovjet-All-Star-team op het Rode Plein in Moskou

Tichonov was in 2004 nog trainer van de nationale Russische selectie. De ploeg werd op het WK in Tsjechië ontluisterend tiende. Tichonov constateerde dat spelers niet meer van sport hielden, geld en ander materialisme werd aantrekkelijker en beïnvloedde hun levensstijl nadelig. Hij trok zich terug maar bleef in dienst van zijn club CSKA Moskou.

Een keer stelde ik Tichonov een vraag: ,,Wat drijft u?” Antwoord: ,,Passie, weet u wat dat is?” Twee jaar geleden overleed zijn zoon bij een val in zijn appartement. Zijn kleinzoon Viktor speelt bij SK St. Petersburg.

Zie hier mijn interview met Vladimir Kroetov, topscorer in de beroemde Rode Machine, in NRC Handelsblad van 6 februari 1992.

kroetov
Vier jaar geleden (1988) verzorgden ze op de Olympische Spelen in Calgary ‘the greatest show on ice’. Zoals Fetisov, Kasatonov, Kroetov, Larionov en Makarov en anderen speelden, zal nooit meer vertoond worden. Geprogrammeerd door coach Viktor Tichonov toverden ze de fraaiste manoeuvres tevoorschijn. Van de Sovjet-formule is weinig over. De sterren spelen in de Amerikaanse profliga en verdienen astronomische bedragen. Vladimir Kroetov is na een jaar teruggekeerd naar Europa, naar Zwitserland, naar Zürich. Eenzaam en bedrogen. Over verlangens naar verleden en toekomst.

ZÜRICH, FEBR. 1992. Midden op het vrijwel verlaten parkeerterrein naast het ijsstadion staat een kleine, blonde vrouw met haar handen in de zakken van haar wijdvallende bontmantel naar twee spelende jongetjes te kijken. Ze hebben een ijshockeystick in hun handen en slaan ermee tegen een platgetrapt colablikje, dat als speeltuig dienst doet. Als de vrouw een klap over het terrein hoort galmen, kijkt ze naar de deur van het stadion. Ze roept wat naar een van de jongens en loopt naar een kleine, dikke man. De begroeting is ingetogen. Ze veegt wat van zijn voorhoofd en geeft hem een zoen. Met z’n drieën stappen ze in een auto en rijden langzaam weg. Het is een grijze zondagmiddag in Zürich.

Vladimir Kroetov gaat naar huis. Hij is liever alleen met zijn gezin. Thuis in een kleurloze wijk van de stad. Het verzoek om bij een partijtje van zijn club aanwezig te zijn, heeft hij met een zacht ,,njet” afgeslagen. Vladimir hoort er niet bij. Hij houdt niet van Zwitsers en hij verstaat ze niet, want hij spreekt Duits noch Engels. En wat zou hij moeten zeggen? Dan zit hij liever thuis te lezen of te spelen met zijn zoontje van acht, Aljosja.

Het liefst zou Vladimir op het ijs willen staan. Met een stick in z’n handen. Om dan met snelle bewegingen de puck zigzaggend voor zich uit te schuiven. Recht op het doel af. En dan scoren. Hij zou het ijs onder zijn schaatsen willen voelen, de stick in zijn handschoenen. En hij zou willen juichen, en luisteren naar het lawaai van de supporters, genieten van de vreugde om zijn doelpunt. Wat is er anders tussen hemel en aarde voor een 32-jarige man die vanaf zijn tiende niets anders in zijn leven heeft gedaan dan ijshockey spelen?

Bij de Züricher Schlittschuh Club, een middenmoter in de Zwitserse eerste divisie, begrijpen ze dat niet. Sinds hij een jaar geleden bij de Vancouver Canucks wegging en naar Zürich werd gelokt, heeft Vladimir nauwelijks kunnen spelen. Hij werd gewoon niet opgesteld. De reden hebben ze hem nooit verteld. In al die jaren dat hij in de Sovjet-Unie speelde, in het nationale team, bij CSKA Moskou, het sterkste clubteam ter wereld, altijd hadden ze hem uitgelegd wat hij verkeerd deed.

Vladimir Kroetov

Vladimir Kroetov

slava

Hij was suf gepraat, totdat je niet beter wist, de video-opnamen waren grijs gedraaid. En als hij het dan nog niet begreep, kreeg hij extra trainingen, moest hij doorgaan tot diep in de nacht, tot de actie wel lukte. Strafexercities, in je blote bovenlijf het ijs op. Ja, het kwam wel eens voor, geeft Vladimir toe. Viktor Tichonov, tien jaar zijn trainer bij CSKA en het nationale team, was geen mens. Maar hij had hem nodig. Zonder hem waren ze nooit de besten van de wereld geworden. Aleksei Kasatonov, Vjatjeslav (Slava) Fetisov, Igor Larionov, Sergei Makarov en hij, Vladimir Kroetov, samen de ‘magic five’. Achter hun rug de geweldige goalie Vladislav Tretjak. Wie kent niet de KLM-lijn, de aanvalslinie van de Red Machine: Kroetov, Larionov, Makarov?

Bohimil Cervenka is zijn enige vriend in Zürich. Hij praat wel eens met Tsjistjakov of met Prijachin, de twee andere Russen bij de club. Maar hij kent ze niet. Cervenka, een Tsjechische ingenieur, volgt al zo’n tien jaar als verkapte journalist het Russische ijshockey. Hij kent ze allemaal, de Sovjet-sterren. Sinds het begin van de jaren tachtig. Hij kocht souvenirs, kleding en drank voor ze als ze in het Westen waren. Hij zat met ze aan de bar tot diep in de nacht wodka te drinken, hoorde hun problemen aan. Maar hij schreef er nooit over. Uit respect. En omdat men daar in zijn land geen belangstelling voor toonde.

Bohimil is Vladimirs vertrouwensman, en krijgt daarvoor een vergoeding van de ijshockeyclub. Ze trekken veel met elkaar op, ze gaan zwemmen en trainen in het krachtcentrum. Ze praten eigenlijk nooit veel. Vladimir is een denker, beweert Bohimil.,,Hij zegt niet veel. Maar je merkt aan alles dat hij intelligent is. Als je goed naar zijn spel kijkt, herken je zijn persoonlijkheid. Hij doseert zijn acties, observeert goed en slaat pijlsnel toe. Dan is hij geniaal.”

In zijn ogen kan Vladimir geen kwaad doen. Hij wil hem te allen tijde helpen. Het is toch triest om zo’n groot sportman ten onder te zien gaan. Hij heeft Vladimir geholpen door hem uit Vancouver weg te halen. Nog twee jaar liep het contract met de Canucks. Maar het had geen zin om er te blijven. Na 61 wedstrijden had Vladimir slechts elfmaal gescoord. Na een half jaar wilde de profclub de Rus kwijt. Hij werd naar een universiteitsteam gestuurd. Waar hij alleen mocht meetrainen. Vladimir was eenzaam, zat thuis bij zijn gezin. Soms kwam Igor hem op zoeken, Larionov, zijn trouwe vriend, al van vroeger bij CSKA. Maar Igor mocht wel meespelen met de Canucks. Hij had geen tijd meer voor Vladimir.

Vladimir (zijn medespelers noemden hem Volodya, een babynaam, vanwege zijn kinderlijke trouw) wordt niet graag meer herinnerd aan zijn tijd bij Vancouver. In de kleedkamer van het Hallenstadion steekt hij in het Russisch een lang verhaal af tegen Bohimil. Die vat het nogal kort samen. ,,Hij zegt dat het een moeilijke tijd was omdat zij de eerste Russen waren in de profleague. En dat Vancouver een mooie stad is, prachtige architectuur. En hij weet niet waarom Larionov geen contact meer met hem opneemt. Hij zou het wel willen, maar Igor wil het niet.”

Vladimir Kroetov  (links) met Igor Larionov

Vladmir Kroetov (links) met Igor Larionov

Bohimil had de avond tevoren in een stille, donkere bar in Zürich al iets verteld over de verhouding tussen Larionov en Kroetov. ,,Igor is extravert, spontaan en brutaal. Vladimir is gesloten. Ze vulden elkaar aan. Igor en Vladimir waren de enigen in de selectie die geen lid van de communistische partij waren. Dat gaf een band. Makarov was een fanatieke communist. Hij was al een invloedrijke jongen bij de jeugdpartij, hij deed iets met een muurkrant in Tsjeljabinsk. Makarov lag niet zo goed bij de anderen.” Hij had Vladimir eigenlijk nooit direct gevraagd over zijn verhouding met Larionov. ,,Maar vraag jij het eens”, was zijn advies.

Vladimir zegt liever niets. Zo blijkt een dag later. Ook niet over het geld dat hij nog te goed heeft van Vancouver. Maar Bohimil vindt dat best bekend mag worden dat hij nog een salaris van twee jaar te goed heeft van de Canucks. Hij had een driejarig contract, van 375.000 dollar per seizoen. ,,We hebben een advocaat ingeschakeld. Een man van Russische afkomst. Dat is onze enige kans. Maar het duurt nu al een jaar. En ik heb er geen vertrouwen meer in.”

Hier in Zürich zijn ze net zo onbetrouwbaar, weet Bohimil. ,,Ze beloofden hem tienduizend Zwitserse franken per maand. Maar toen hij in 1990 met Kerst aankwam, besloten ze hem naast gratis huisvesting en auto, tweeduizend te betalen, maandelijks in totaal acht keer per jaar, en nog eens tweeduizend voor elke wedstrijd die hij speelde. Maar na zijn eerste wedstrijd waren ze zo teleurgesteld dat hij anderhalve maand niet werd opgesteld. Hij trainde wel. Met zijn zoontje hier op het ijs. Ze hebben het salaris dit seizoen een beetje verhoogd. Maar in december hadden ze hem bijna verkocht. Als die nieuwe trainer, Del Curto, niet was gekomen, was hij al weggeweest.”

Arno Del Curto probeert zich te verplaatsen in de positie van Vladimir Kroetov, zegt Bohimil. Hij trekt met hem de bossen in waar ze gaan hardlopen. Hij probeert hem te verleiden tot een woordenwisseling. Want meer dan een paar woorden Engels heeft Vladimir niet tot zijn beschikking. Del Curto probeert een vriend voor hem te zijn. Hij vraagt naar zijn verleden, wat hij geleerd heeft. Hij vraagt om adviezen, wil meer weten over de manier waarop in de Sovjet-Unie ijshockey werd gespeeld. En af en toe zien de Zwitserse toeschouwers eindelijk het talent dat in Vladimir schuilt. Een schitterende solo, een slimme assist, een uitgekiend doelpunt. ‘King Kroetov’, staat op een spandoek.

Maar Vladimir werd ook uitgelachen. Om zijn dikke, vette lijf, om zijn luiheid. Maar zo is hij altijd geweest. En dan zag hij zijn medespelers lachen in de kleedkamer na een nederlaag. En dat begreep hij niet. Dat had hij nog nooit meegemaakt. Verliezen betekent ondergang, vernedering. Maar hij is geen leider, zoals Larionov of Fetisov, spelers die een grote mond konden opzetten, die konden prikkelen als het slecht ging. ,,Wat wil je van zo’n speler?”, vraagt Bohimil. ,,Hij heeft altijd geleefd van bevelen. Anderen zeiden hoe het moest. Hij moest alleen maar luisteren. Eerst naar de jeugdtrainers, later naar Tichonov. Hij wist niet beter.”

The Magic Five vlnr Vladimir Kroetov, ´Slava´ Fetisov, Igor Larionov, Alexei Kasatonov en Sergei Makarov

The Magic Five vlnr Vladimir Kroetov, ´Slava´ Fetisov, Igor Larionov, Alexei Kasatonov en Sergei Makarov tijdens een reünie op het Rode Plein in Moskou in 2006

Vladimir wilde helemaal niet naar de profcompetitie van Noord-Amerika. Maar de Canucks hadden hem op de ‘draft-lijst’ (een soort optie) geplaatst en toen de Sovjet-autoriteiten na de Olympische Spelen in 1988 van Tichonov toestemming kregen hem te verhandelen, deed Vladimir wat er van hem gevraagd werd. Hij reisde met zijn gezin naar Canada. Maar hij had liever in Europa gespeeld. En nog liever was hij in Moskou gebleven. Aan vluchten heeft hij nooit gedacht. Waarheen? En heeft hij niet alle kans gehad?

Vladimir Kroetov is een vriendelijke man. Hij heeft nog nooit aan buitenstaanders verteld, bekent hij, dat hij al op zijn vierde leerde schaatsen. En dat hij woonde in de Tsjaikovski Oelitsa, vlak bij de Amerikaanse ambassade. Dat zijn vader in een fabriek werkte en zijn moeder kleuterleidster was. Later zijn ze verhuisd naar de Koetozovski Prospekt. Eerst speelde hij in een soort wijkploegje, later werd hij lid van Meteor. Hij was altijd aanvaller, ook ’s zomers in het voetbalelftal van Meteor. ,,Ik maakte altijd de doelpunten. Mijn ouders wonen nog steeds in de buurt van Meteor. Als ik wel eens in Moskou terug ben, praat ik met de mensen over vroeger. Meteor was een fabrieksclub, echt van het volk.”

Vladimir was tien jaar toen hij werd gevraagd bij CSKA te komen spelen. Hij vertelt hoe trots hij was lid te zijn van het sterkste clubteam ter wereld. Hij moest studeren, lichamelijke oefeningen doen en vijf tot zes uur per dag trainen. Maar het werd steeds zwaarder. ,,Toen ik in het hoofdteam kwam, werden we van de wereld afgezonderd. Elf maanden lang in een kazerne. Alleen de dag na een wedstrijd mochten we naar huis, naar onze ouders en familie. Sommige jongens hadden een vriendin of een vrouw, maar veel hebben ze hen niet gezien.”

Over Tichonov is Vladimir duidelijk, en kort. ,,De perfecte trainer om wereldkampioen mee te worden.” Bohimil had al verteld dat Tichonov in 1984 Vladimir had verboden naar het ziekenhuis te gaan waar zijn vrouw een zware bevalling wachtte van hun zoon Aljosja. De geboorte door middel van een keizersnede viel midden in de voorbereiding voor de Winterspelen. Vladimir voelt zich nog altijd schuldig tegenover zijn vrouw en zijn zoon, weet Bohimil, omdat hij er niet bij was. ,,Voor Aljosja speel ik nog ijshockey”, zal Vladimir later bekennen. ,,Hij is trots op mij.” Met zijn stiefzoon, die in Moskou woont, heeft hij minder contact. Dat de man van zijn moeder een beroemde ijshockeyer was, zegt hem niets. ,,Komt wel weer goed tussen ons als we terug naar Moskou gaan”, sust Vladimir, terwijl hij daar voor zijn locker in zijn ondergoed zit.

Hij verlangt terug naar Moskou. Hoewel het slechte tijden in Rusland zijn, heeft hij vernomen. Met zijn vrouw praat hij er wel over. Over vroeger en over de toekomst. Zij heeft nog wel eens contact met de vrouwen van de andere spelers van het nationale team. Soms telefoneert ze uren met mevrouw Makarov, die eenzame tijden doormaakt in Calgary, als speler van de Calgary Flames. Afgelopen zomer is Vladimir met zijn gezin weer in Moskou geweest. Hij heeft weer met CSKA meegetraind. En hij heeft weer Tichonov gesproken. Over zijn terugkeer in het nationale team. Tichonov zou wel interesse hebben. Maar dan zou Vladimir meer moeten spelen.

Vladimir hoopt en droomt. Maar zoals het vroeger was, wordt het nooit meer, weet hij. ,,Ik kan niet zeggen of ik een beter leven gehad zou hebben als ik hier of in Amerika had geleefd.” Vladimir kijkt tijens het onderhoud in de kleedkamer Bohimil streng aan als deze het antwoord vertaalt. ,,Ik heb in de Sovjet-Unie alles bereikt wat ik wilde. Ik won vijf wereldtitels, twee olympische titels en ik werd in 1988 na de gouden medaille in Calgary de jongste majoor in het Sovjet-leger. Dat had ik nergens bereikt. Voor mij was het systeem van Tichonov het beste systeem.”

Hij verwijst naar het boek van Fetisov dat hij gelezen heeft. Daarin hekelt de Rus (nu New Jersey Devils), die wel de beste verdediger in de ijshockeygeschiedenis wordt genoemd, het Sovjet-systeem, haalt hij uit naar Tichonov en verhaalt hij over diens strafexercities en Tichonov alcoholisme (wat Fetisov ook allerminst vreemd is). Vladimir zegt er niet van onder de indruk te zijn. ,Fetisov is een slimme man. Hij weet wat voor een boek het beste verkoopt. Fetisov heeft in veel dingen gelijk. Tichonov beloofde hem dat hij naar Amerika mocht. Maar om nog even de baas te kunnen zijn, hield Tichonov hem een jaar vast. Dat tekent Tichonov.”

Slava Fetisov

Slava Fetisov

Er verschijnt zowaar een glimlach op het gezicht van Vladimir. ,,Wij kennen Fetisov toch. Hij is een levensgenieter. Hij hield veel van wodka en van verhalen vertellen. Na het lezen van zijn boek, wil ik alleen nog maar realistische literatuur. Fetisov is nu de meest geïnterviewde ijshockeyspeler van Noord-Amerika. Daar leeft hij van.”

Vladimir leeft tussen hoop en vrees. Wat kan hij straks doen als hij terugkeert in Moskou? Misschien wordt hij trainer, want hij heeft een diploma. En elk Russisch jongetje wil toch ijshockey spelen, veronderstelt hij. Of dan toch iets anders. ,,Ik zou wel zo’n man willen zijn die vroeger altijd bij ons team was als we in het buitenland waren. Die zei niets, die vroeg niets, die luisterde alleen maar. Maar hij zag wel de hele wereld.” Vladimir lacht. Humor? Bohimil begrijpt het. Dat is toch de rol die Vladimir op het lijf geschreven is?

Zie Red Army – Legenden auf dem Eis: http://www.filmstarts.de/kritiken/227334/trailer/19537443.html

Vladimir Kroetov overleed in 2012 als gevolg van een maagbloeding. Hij speelde na zijn Zwitserse avontuur nog bij twee Zweedse tweede-divisieclubs en was nog één jaar (2001-2002) coach bij CSKA Moskou.

%d bloggers liken dit: